Resultaten – Evaluatie Nederlandse buitenland- en veiligheidsbeleid ten aanzien van de EU en de NAVO
Dit evaluatierapport gaat over het Nederlandse beleid om met menskracht en middelen bij te dragen aan de veiligheids- en defensie-inspanningen van de EU en van de NAVO ter bescherming van onze nationale veiligheid. Hoe zorgt Nederland ervoor dat deze organisaties zo goed mogelijk bijdragen aan onze veiligheid? En wat draagt Nederland daaraan bij?
IOB evalueerde de Nederlandse inzet op het buitenland- en veiligheidsbeleid ten aanzien van de EU en de NAVO voor de periode 2020-2024. Daarbij is specifiek gekeken naar:
de inzet op het tegengaan van hybride dreigingen
het versterken van de defensie-industrie
het bijdragen aan militaire missies en paraatheid
Achtergrond
De NAVO vormt al decennialang de hoeksteen van de militaire verdediging van het Nederlands grondgebied tegen buitenlandse dreigingen. Daarnaast is de EU de afgelopen twintig jaar een grotere een rol gaan spelen op het gebied van veiligheid en defensie. De EU is zodoende nadrukkelijk een actor geworden in het Nederlandse veiligheidsbeleid. In 2020 heeft de Nederlandse regering dit geformaliseerd in de zogenoemde en-en-benadering, die inhoudt dat versterking van zowel de NAVO als de EU nodig is voor de bescherming van de Nederlandse veiligheid. Uitgangspunt daarbij is dat de twee organisaties ook elkáár kunnen versterken.
Onderzoeksvraag
Welke conclusies kunnen er worden getrokken over de effectiviteit van het Nederlandse veiligheidsbeleid ten aanzien van de NAVO, de EU en het verbeteren van de samenhang tussen de NAVO en EU tussen 2020-2024 en welke lessen levert dat op voor toekomstig beleid?
Conclusies
Hoofdconclusie:
De Nederlandse inzet in de NAVO en de EU heeft in de onderzochte periode bijgedragen aan de veiligheid van Nederland. Zowel de diplomatieke inzet van Nederland als de kennis, menskracht en middelen die Nederland ter beschikking stelt, versterken de NAVO en de EU. Wel blijven er nog kansen onbenut. Ook ontbreekt het in de onderzochte periode aan een richtinggevende strategie op basis waarvan Nederland keuzes maakt voor de inzet in de NAVO en de EU.
De hoofdconclusie is in het onderzoek uitgewerkt tot vier deelconclusies, samengevat:
De Nederlandse inzet in de NAVO en de EU heeft in de onderzochte periode bijgedragen aan de veiligheid van Nederland. In een instabiele geopolitieke context vergt het wel voortdurende inspanning om de NAVO en de EU overeenkomstig de Nederlandse belangen te versterken.
De Nederlandse regering heeft in de onderzochte periode geen richtinggevende strategie ontwikkeld voor het bevorderen van de gewenste rol- en taakverdeling tussen de NAVO en de EU en de gewenste complementariteit van beide organisaties, op grond waarvan ons land afzonderlijke prioriteiten voor en inzet in de EU en NAVO zou kunnen bepalen.
De Nederlandse diplomatieke inzet in NAVO- en EU-verband is overwegend effectief, maar er zijn mogelijkheden om meer invloed uit te oefenen.
Nederland draagt met kennis, menskracht en middelen constructief bij aan versterking van het internationale veiligheidsbeleid van de EU en de NAVO, maar er blijven kansen onbenut.
Aanbevelingen
Op basis van de bevindingen doet IOB vijf aanbevelingen, die in het rapport verder staan uitgewerkt:
Maak strategische keuzes over de prioriteiten en inzet in de EU en in de NAVO, met name in het licht van de recente geopolitieke ontwikkelingen op de trans-Atlantische relatie.
Zet in op een sterkere Europese bijdrage aan de veiligheid van Europa met een zelfstandig handelingsvermogen en een Europese pijler binnen de NAVO.
Ontwikkel een constructieve visie op EU-NAVO samenwerking en complementariteit en treed daarover in dialoog met andere lidstaten.
Zoek naar coalities en samenwerkingsverbanden om het veiligheidsbeleid verder te brengen, niet alleen bij EU- en NAVO-lidstaten, maar ook bij landen zoals het Verenigd Koninkrijk, Turkije, Zwitserland, Oostenrijk en Canada.
Werk instructies uit voor de Nederlandse standpuntbepaling binnen de EU en de NAVO.
Zet double-hatted medewerkers van de Permanente Vertegenwoordigingen van de EU en de NAVO op beide werkplekken in op hetzelfde dossier.
Geef meer sturing van bovenaf om onderlinge kennisuitwisseling tussen beleidsmedewerkers van verschillende ministeries en tussen Den Haag en Brussel te stimuleren.
Werk op basis van een richtinggevende strategie een plan van aanpak uit voor strategische detacheringen bij de EU en de NAVO.
Zorg dat de uitgedragen ambities van Nederland op hybride dreigingen, de defensie-industrie en militaire missies en de in EU- en NAVO-verband geleverde bijdragen beter op elkaar aansluiten.
Zet naast de inzet op hogere defensie-uitgaven, nadrukkelijk ook in op meer Europese defensiesamenwerking.
Zet in op een betere aansluiting tussen het NAVO-planningsproces en Europese investeringen in de defensie-industrie ten behoeve van een Europese pijler binnen de NAVO.
Bevorder de totstandkoming van Europese wetgeving waarin militaire NAVO standaarden worden vastgelegd voor militair materiaal en munitie.
Blijf aansturen op verbeterde informatie-uitwisseling tussen het Europees Defensieagentschap en het NATO Support and Procurement Agency (NSPA).
Zet gezamenlijke defensieprojecten op met gelijkgestemde landen, waaronder de ontwikkeling van critical enablers op Europese bodem.
Onderzoek hoe Europese uitgaven aan defensie kunnen worden meegeteld voor de NAVO-investeringsnorm.
Hybride dreigingen en buitenlandse inmenging zijn aan de orde van de dag. Blijf daarom naast investeringen in militaire verdediging en afschrikking, werk maken van een weerbare overheid en samenleving.
Zet in op de koppeling tussen maatregelen van de EU en de NAVO voor het vergroten van weerbaarheid en het tegengaan van hybride dreigingen.
Breng waar mogelijk meer concrete cases in voor gezamenlijke reactie in EU- en NAVO-verband.
Verbeter de interdepartementale samenwerking op de internationale inzet op hybride dreigingen en weerbaarheid.
Blijf gebruik maken van het onafhankelijke Hybrid Centre of Excellence in Helsinki en het NAVO Cyber Centre of Excellence in Tallinn als platform voor samenwerking.
Zet in op een gestructureerde transitie naar meer Europese verantwoordelijkheid voor de veiligheid van Europa en een Europese pijler binnen de NAVO.
Continueer en versterk de inzet in EU-verband.
Vermijd dubbele toezeggingen voor snelle reactiemachten.