Resultaten – Evaluatie beleid internationale rechtsorde
De regering heeft de grondwettelijke taak om de ontwikkeling van de internationale rechtsorde te bevorderen. Dit staat beschreven in artikel 90. Het ministerie van Buitenlandse Zaken voert een groot deel van deze taak uit. IOB heeft de ontwikkeling en uitvoering van het beleid door het ministerie geëvalueerd. Daarbij is gekeken naar de periode 2015 – 2021.
Aanleiding
Nederland heeft als klein land belang bij een goed werkende internationale rechtsorde, met als doel de wereld ‘stabieler, veiliger, vrijer en welvarender’ te maken. Hoven en tribunalen, vreedzame geschillenbeslechting, preventie, strijd tegen straffeloosheid/accountability en verdere ontwikkeling van het internationaal recht zijn hierbij de belangrijkste thema’s.
In 2015 verscheen de laatste evaluatie door IOB op dit onderwerp. In de jaren die volgden zijn het multilaterale stelsel en de internationale rechtsorde steeds meer onder druk komen te staan. Het wereldwijde systeem wordt gekenmerkt door steeds minder samenwerking en meer conflict. Tegelijkertijd zijn er nieuwe en oude conflicten die om gerechtigheid vragen, zoals de oorlogen in Syrië en Oekraïne.
Het is de verwachting dat de ‘multipolariteit’ in de wereld verder zal toenemen. Dit roept beleidsuitdagingen en strategische vraagstukken op. Daarom vormde dit een goed moment voor de evaluatie.
Centrale vraag
Wat gaat er goed en minder goed bij het ontwerp en de implementatie van het beleid voor internationale rechtsorde van het ministerie van Buitenlandse Zaken? Welke aanbevelingen kunnen op grond hiervan worden geformuleerd?
Belangrijkste conclusies
Op basis van het onderzoek kunnen een aantal conclusies worden getrokken met betrekking tot de ontwikkeling en uitvoer van het beleid. De belangrijkste daarvan worden hieronder toegelicht.
Aanbevelingen
De belangrijkste aanbevelingen, op basis van de conclusies van deze evaluatie, zijn als volgt:
1. Formuleer een beleidskader en visie voor de bevordering van de ontwikkeling van de internationale rechtsorde met realistische doelen waarop gestuurd kan worden.
- Heb daarbij aandacht voor de logische samenhang tussen verschillende onderdelen van de internationale rechtsorde zoals belegd bij verschillende directies.
- Maak gebruik van de internationaalrechtelijke expertise die BZ in huis heeft (bij DJZ/IR), bij de ontwikkeling van het beleid.
- Stel duidelijke definities op en zorg ervoor dat deze terminologie BZ-breed bekend wordt en ook consistent wordt gebruikt in externe communicatie.
- Maak het verschil tussen het internationale rechtsordebeleid en het mensenrechtenbeleid helder en benoem ook de samenhang tussen de beleidsterreinen.
2. Benadruk steeds dat de grondwettelijke verplichting om de ontwikkeling van de internationale rechtsorde te bevorderen een lange termijn- en breed gedragen visie vereist. Zorg ook dat dit door de ambtelijke top en de bewindspersonen van BZ, maar ook door regering en parlement, wordt uitgedragen.
3. Ontwikkel een Rijksbrede leergang internationale betrekkingen, die ingaat op de verschillende aspecten van de internationale rechtsorde. Betrek hierbij BZ’ers die werkzaam zijn in dit werkveld, maar ook practitioners van het ministerie van J&V, het OM, het ministerie van Defensie en andere externe partijen, met een aparte module voor het IBBZ-traject.
4. De bevordering van de ontwikkeling van de internationale rechtsorde vereist, naast tussentijds zichtbare initiatieven, een lange adem. Houd hier rekening mee door bij het bepalen van de inzet minder te focussen op korte termijn zichtbaarheid, en meer gewicht te geven aan meer duurzame, langetermijneffecten.
5. Houd expliciet rekening met de potentiële negatieve consequenties van het zwaar laten wegen van politieke belangen bij het bepalen van inzet gericht op het versterken van de internationale rechtsorde. Hou bij de inzet vast aan het kernbegrip ‘accountability voor alle partijen’ en voorkom selectieve gerechtigheid.
6. Investeer in de samenwerking met departementen die ook een belangrijke bijdrage leveren op het terrein van de internationale rechtsorde, zoals J&V. Denk hierbij aan strategische detacheringen, gezamenlijke werksessies, werkbezoeken, etc.