Rapport – Evaluatie en monitoring. De rol van projectevaluaties en monitoring in de bilaterale hulp

Het onderzoek stelt de vraag centraal op welke wijze het instrument evaluatie de afgelopen jaren in de praktijk van de bilaterale hulp heeft gefunctioneerd, en welke factoren hierop van invloed zijn geweest. Om de toepassing en het functioneren van evaluatie te kunnen beoordelen, wordt ook aandacht geschonken aan de wijze waarop de monitoring van bilaterale hulpprojecten gestalte heeft gekregen. Het doel van de studie is het formuleren van aanbevelingen ter bevordering van de toepassing van evaluatie.

De kernvragen van het onderzoek zijn:

  • Welke vormen van evaluatie zijn in de praktijk van de bilaterale projectuitvoering te onderscheiden en in hoeverre komen deze overeen met het in de Instructie Evaluatie omschreven instrument Evaluatie?
  • In welke mate en hoe worden de in de Instructie Evaluatie onderscheiden functies van evaluatie gerealiseerd? Welke factoren spelen daarbij een rol? Worden in de praktijk ook andere functies toegekend?
  • In welke mate voldoet de huidige evaluatiepraktijk in de bilaterale hulp aan de wensen, verwachtingen en mogelijkheden van de verschillende bij de evaluatie betrokken partijen (landenbureaus, ambassades, evaluatoren zowel in Nederland als in de ontwikkelingslanden, counterpart-organisaties in de ontwikkelingslanden, projectuitvoerende instanties)?
  • In hoeverre komt de huidige evaluatiepraktijk bij het DGIS overeen met door het Development Assistance Committee (DAC) van de OESO wenselijk geachte uitgangspunten inzake evaluatie en met inzichten die gelden binnen de internationale donorgemeenschap?

Zoals uit de kernvragen blijkt, richt het onderzoek zich in hoofdzaak op de wijze waarop het DGIS (operationele eenheden én ambassades) gebruik maakt van het instrument evaluatie. Deze keus is gebaseerd op de overweging dat, naast de gezamenlijke verantwoordelijkheid die donor en ontvanger dragen voor ontwikkelingsbeleid en projectuitvoering, het DGIS een eigen verantwoordelijkheid heeft in het inhoudelijk bepalen van het samenwerkingsbeleid en de projectuitvoering. Evaluatie maakt deel uit van het op een adequate wijze gestalte geven aan deze verantwoordelijkheid.