Taken IOB

Het is de missie van IOB om met hoogwaardig evaluatieonderzoek bij te dragen aan de effectiviteit van het buitenlandbeleid. Om dit waar te maken, heeft IOB zes taken.

Wettelijke taken

IOB heeft de volgende taken:

  • Kwalitatief hoogwaardige evaluaties uitvoeren die het ministerie van Buitenlandse Zaken in staat stellen verantwoording over haar beleid af te leggen aan het parlement en de samenleving en hiervan te leren voor toekomstig beleid.
  • Zorgen voor een evenwichtige meerjarige evaluatieprogrammering, waarbij de verschillende beleidsterreinen van het ministerie voldoende zijn gedekt.
  • Beleidsdirecties, uitvoeringsorganisaties en door het ministerie gesubsidieerde organisaties helpen om kwalitatief goede evaluaties uit te voeren, onder andere door hiervoor richtlijnen op te stellen en hen bij vragen gericht te adviseren over bijvoorbeeld de opzet en uitvoering van evaluaties.
  • De met de evaluaties opgedane kennis en inzichten actief uitdragen bij belanghebbenden binnen en buiten het ministerie.
  • Op basis van de evaluaties en de hieruit te trekken lessen adviseren over lopend en nieuw buitenlandbeleid.
  • De evaluatiecapaciteit in partnerlanden ondersteunen, onder andere door betrokkenen in deze landen op te (laten) leiden.

De centrale taak van IOB is om met hoogwaardig evaluatieonderzoek bij te dragen aan een zo effectief mogelijk Nederlands buitenlandbeleid. IOB verricht evaluatieonderzoek naar de resultaten van het brede Nederlandse buitenlandbeleid dat onder de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS) valt: duurzame handel en investeringen, ontwikkelingssamenwerking, migratie en opvang in de regio, veiligheid en Europese samenwerking. We onderzoeken waarom bepaalde resultaten wel of juist niet werden behaald en hoe het in de toekomst beter kan.

IOB voert zelf evaluaties uit, maar kan er ook voor kiezen dit door anderen te laten doen en het onderzoek te begeleiden.

Periodieke rapportages, effectonderzoeken en overige evaluaties

Onder de evaluaties die IOB uitvoert en publiceert, vallen periodieke rapportages, effectonderzoeken en overige evaluatieonderzoeken. De Regeling periodiek evaluatieonderzoek 2022 (RPE) schrijft voor dat elk beleidsterrein periodiek onderwerp is van een periodieke rapportage of effectonderzoek.

Een periodieke rapportage en een effectonderzoek verschillen van elkaar in de omvang van en vereisten aan het onderzoek. Een periodieke rapportage beslaat één of meer beleidsartikelen of beleidsdoelstellingen van de rijksbegroting, dient een voorgeschreven aantal vragen van de RPE systematisch te beantwoorden en vormt de synthese van enkele deelonderzoeken. Een effectonderzoek is minder omvattend en hoeft niet alle RPE-vragen systematisch te beantwoorden.

IOB voert de overkoepelende periodieke rapportages uit en die effectonderzoeken die voor de betrokken directie te complex zijn of die nieuwe onderzoeksthema’s omvatten. Overige evaluatieonderzoeken worden decentraal uitgevoerd. In dat geval kunnen wij ondersteunen met advies.

Ondersteuning

IOB adviseert over de programmering en uitvoering van de evaluaties die vallen onder de verantwoordelijkheid van de beleidsdirecties en posten van het ministerie van Buitenlandse Zaken. IOB helpt ook door het opstellen van evaluatiecriteria. Op die manier dragen we bij aan een evenwichtige meerjarige evaluatieprogrammering:

  1. Uitgaven aan beleid conform de regelgeving (RPE) worden periodiek beoordeeld op effectiviteit en doelmatigheid.
  2. De verschillende beleidsterreinen van het ministerie komen voldoende aan bod.

Adviezen

Hiernaast geeft IOB adviezen over lopend en toekomstig buitenlandbeleid. Met de lessen uit het verleden en onze kennis over monitoring en evaluatieonderzoek kunnen we beleidsmakers en politici helpen om goed onderbouwde keuzes te maken. Uiterlijk twaalf maanden na de publicatie van een strategische of andere grote evaluatie vindt een opvolgingsgesprek plaats met de meest betrokken beleidsdirecties.

Afstemming

In de communicatie met beleidsdirecties werkt IOB met zogenoemde accounthouders. Zo kunnen we beter voeling houden met nieuwe ontwikkelingen in de beleidspraktijk. Ook versterken we op deze manier de contacten en samenwerking met de directies over de evaluatieprogrammering en de evaluatieresultaten. Hiernaast bieden de accounthouders ondersteuning bij het opzetten en begeleiden van decentrale onderzoeken en evaluaties. Zij zijn, kortom, het aanspreekpunt van IOB voor de beleidsdirecties.

Helpdesk

Hiernaast beschikt IOB over een ondersteuningsportaal (de IOB-Helpdesk) waar beleidsdirecties, Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland en individuele medewerkers van Buitenlandse Zaken kunnen aankloppen met een vraag over het opzetten en uitvoeren van evaluaties. Het gaat hierbij om vragen zoals: Hoe stel ik de Terms of Reference (ToR) op? Wat staat daarin? Hoe vind ik een geschikte consultant voor mijn onderzoek? In welke gevallen kan ik de consultant rechtstreeks benaderen of moet ik juist gebruik maken van de raamwerkovereenkomst? Hoe kan ik de kwaliteit van mijn onderzoek borgen?

Neem contact op voor meer informatie: iob-helpdesk@minbuza.nl.

Training en capaciteitsversterking

IOB geeft trainingen in Den Haag of op de Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland. Bijvoorbeeld over methoden en technieken, procedures en richtlijnen voor evalueren. Zo willen we onze kennis delen over evalueren, monitoren en leren, en de kwaliteit van de decentraal uitgevoerde evaluaties helpen verhogen.

Om de lokale monitoring- en evaluatiecapaciteit te versterken ondersteunt IOB het Global Evaluation Initiative (GEI), een samenwerkingsverband met UNDP en de Wereldbank.